|
geslacht:
soortnaam: species:
sub-familie: genus: nummer:
vliegtijd:
hoofdvliegtijd V:
hoofdvliegtijd M: lengte V: lengte: M
nestkeuze:
sociaal gedrag:
presentie: aantal uurhokken: Rode lijst: trend: |
Wol- en harsbijen
Kleine harsbij
Anthidium strigatum (Panzer, 1805) Anthidiellum strigatum
Megachilinae Anthidium 061006
juni t/m augustus
eind juli begin juli
6-7mm 6-7mm
metselt cocondruppel solitair
vrij zeldzaam 78 niet bedreigd stabiel
|
Kleine Harsbij Anthidium strigatum © foto: dr. Heiko Bellmann
|
Verspreiding Anthidiellum strigatum in NL bron: Waarneming.nl
Verspreiding Kleine harsbij in België bron: Waarnemingen.be
|
Omschrijving: De Kleine harsbij, (Anthidium strigatum/Anthidiellum strigatum komt in Nederland voornamelijk in het midden en oosten van het land voor op droge en warme plekken. De noordelijkste waarneming komt uit Assen. De nesten (zie foto) zijn echter
nog nooit in Nederland gevonden. De vrouwtjes metselen deze zelf van plantenvezels en hars. Nauwelijks 1 cm lang en druppelvormig, hangend aan een steen of tak met name in de buurt
van naaldbomen (hars). Mannetjes worden vaak slapend, hangend aan een grasstengel, aangetroffen.
De Kleine harsbij begint in het begin van de maand juni met bouwen. De larve groeit in de nazomer, spint zich in en overwintert als rustlarve. De verpopping vindt in het voorjaar plaats.
De Kleine harsbij is de kleinste bij van het geslacht. Het lichaam is met talrijke kleine gele streepjes versierd. De onderzijde van het borststuk is wit. De Kleine harsbij vliegt vooral op de gewone en de moerasrolklaver, maar ook op gele composieten.
Het aantal waarnemingen van de Kleine harsbij neemt de laatste jaren toe, ook de broedparasitaire tubebij wordt recent vaker waargenomen. De reuzenertswesp wordt alleen in Zuid-Limburg gezien. |